In de rij
Daniella Gidaly • 25 mei 2025
In de rij staan was heel normaal in het voormalige oostblok. Hoe kwam je anders aan eten en kleding. Dat is nu heel anders. Geen rijen meer, of.......toch nog rijen?

Ik sta in de rij. De afgelopen twee dagen in de rij gestaan. En na twee dagen heb ik voornamelijk in de rij gestaan om steeds na een paar uur te horen waar ik wel heen moet.
Wat voor mij bizar is de plaats waar ik in de rij sta.
Ik sta in de rij in Boekarest, de geboorteplaats van mijn moeder. Een plaats waar mensen altijd in de rij stonden vroeger voor de val van Ceausescu. Sterker nog, als je ergens een rij zag staan, ging je er alvast instaan. En pas nadat je je plekje had veiliggesteld vroeg je wat er aan het einde van de rij wellicht te koop zou zijn. Antwoorden gingen meestal in de trant van ‘ze zeggen dat hier ham te koop is.” Voor bijna alle vormen van eten gold dat verkrijging een verblijf in de rij vereiste.
Dan waren er de zaken die één misschien twee keer per jaar afkwamen, bijvoorbeeld schoenen. Ineens zwelde er een gerucht aan dat er schoenen te koop waren op Piaťa Dorobanti. Dan rende je erheen en zodra je binnen was graaide je naar schoenen. Het eerste paar dat je maat was en waarvan je zowel de rechter- als de linkerschoen te pakken had kocht je.
Wie vandaag de dag door een winkelstraat in Boekarest loopt, kan zich daar niets bij voorstellen. Het lijkt wel het spreekwoordelijke land van de overdaad. Overal winkels die uitpuilen van kleren, schoenen, luxe kookspullen en heel veel eettentjes vol lekkernijen. Eigenlijk verbazingwekkend dat je hier nog zo weinig dikke mensen ziet.
Toch zijn er nog steeds rijen. Ze staan nu bij overheidsgebouwen. Als het gebouw om 08.30 opengaat en je komt voor alle zekerheid tien minuten te vroeg aanwandelen, krijg je te horen dat je beter de volgende dag terug kunt komen, omdat je vandaag niet meer aan de beurt zult komen, zo veel ‘wachtenden voor u’ zijn er al. En als je dan na twee uur wachten aan de beurt bent en uitlegt waarvoor je komt, krijg je iets te horen in de trant van “dat was vroeger hier, maar is verhuisd naar…” ….de volgende rij.
Iedereen klaagt over de rijen. Ik vraag me af wat de belastingdruk hier is, nu iedereen zoveel spullen kan kopen, maar er te weinig ambtenaren zijn.

